Voorleesbijbel (Deel 1)
Van de schepping tot koning David in 52 verhalen
Edith Mulder-de Vree , Paul Oole & Rudy van Moere
Het voorlezen van de Bijbel aan kinderen is van onschatbare waarde. Deze verhalen gaan namelijk een leven lang mee. Ook zorgt voorlezen voor een bijzondere band tussen generaties en ondersteunt het de taalontwikkeling van kinderen. De Voorleesbijbel neemt je mee in 52 verhalen door…
Bestellen bij CLC
Beschikbaarheid:
Wilt u dit product bestellen, dan kan dat op clcnederland.com
Details:
9789089122063
256
Hardcover
€29,95
Beschrijving
Het voorlezen van de Bijbel aan kinderen is van onschatbare waarde. Deze verhalen gaan namelijk een leven lang mee. Ook zorgt voorlezen voor een bijzondere band tussen generaties en ondersteunt het de taalontwikkeling van kinderen.
De Voorleesbijbel neemt je mee in 52 verhalen door het eerste deel van de Bijbel. Lees hoe God de aarde en de mensen maakt en hoe Hij Abram een grote familie belooft. Hoor hoe Jozef uiteindelijk in Egypte belandt, waar zijn leven een bijzondere wending krijgt. Trek mee met het volk Israël door de woestijn. Sluip met de verkenners door het land Kanaän, juich met Jozua en het volk en maak mee hoe David de nieuwe koning wordt.
Door de Bijbelverhalen op aansprekende wijze te vertellen, laten Edith de Vree en Rudy Van Moere kinderen Gods liefde voor mensen ontdekken. De illustraties van Paul Oole zijn vrolijk en kleurrijk en bevatten grappige details die de kinderen snel ontdekken.
De Voorleesbijbel is gemaakt voor kinderen van 4 jaar tot en met 7 jaar. De verhalen zijn zo geschreven dat je in tien minuten het verhaal beeldend, helder en duidelijk kunt voorlezen. Daardoor is de Voorleesbijbel goed te gebruiken aan tafel, voor het slapen gaan en in de klas.
De Voorleesbijbel is ontstaan uit een unieke samenwerking tussen het NBG en het Kerkgenootschap der Zevende-dags Adventisten.
Categorieën
Eigenschappen
9789089122063
30-01-2020
Nederlands
256
224
Hardcover
Voorleesbijbel drieluik
Edith Mulder-de Vree, Paul Oole, Rudy van Moere
Aanbevelingen
Samen met je (klein)kind lekker knus op de bank zitten en voorlezen maar, dat is het idee achter de nieuwe Voorleesbijbel!
– Madelon Comvalius, commissielid Voorleesbijbel
Leesfragment
God maakte de hemel en de aarde Genesis 1:1-13 God maakt mensen – een man en een vrouw Genesis 1:14-31 Sabbat is een fijne dag Genesis 2:1-3 Adam en Eva luisteren niet Genesis 2:8-3:24 Van ruziemaken word je verdrietig Genesis 4:1-16 God geeft de regenboog Genesis 6:5-9:17 De mensen bouwen een stad Genesis 11:1-9 Abram verhuist naar een land dat God hem wijst Genesis 11:27-12:9 Abram en Lot gaan apart wonen Genesis 13:5-18 God belooft een baby aan Abram en Sarai Genesis 17:1-8, 15-17; 18:1-15 Lot moet weg uit Sodom Genesis 19:1-29 God en Abraham zijn goede vrienden Genesis 21:1-8; 22:1-19 Abraham zoekt een goede vrouw voor Isaak Genesis 24:1-67 Jakob wil de belangrijkste zoon zijn Genesis 25:19-34 Jakob krijgt de zegen Genesis 27:1-28:22 Jakob en Esau worden weer vrienden Genesis 29:13-30; 31:17-33:11 Jozef krijgt ruzie met zijn broers Genesis 37:1-35 Jozef komt in de gevangenis Genesis 39:1-23 Jozef legt dromen uit Genesis 40:1-41:57 Jozef ziet zijn broers weer terug Genesis 42:1-38 Juda wil Benjamin beschermen Genesis 43:1-44:34 Jozef vergeeft zijn broers Genesis 45:1-28 Jozef ziet zijn vader weer Genesis 46:1-47:12 Mozes wordt een prins van Egypte Exodus 1:1-2:22 Mozes moet het volk helpen Exodus 2:23-4:17 De Israëlieten mogen niet weg uit Egypte Exodus 4:27-10:29 God bevrijdt de Israëlieten uit Egypte Exodus 11:1-12:28; 13:17-14:31 God geeft de Israëlieten te drinken Exodus 15:1-27 God geeft de Israëlieten te eten Exodus 16:1-36 De Israëlieten kunnen niet zonder God Exodus 17:1-16 God geeft de tien regels op de Sinai Exodus 19:1-20:18 De Israëlieten maken een gouden stier Exodus 32:1-35 God woont in een tent bij de Israëlieten Exodus 25:1-22; 35:1-36:7; 40:16-38 De Israëlieten gaan naar het beloofde land Numeri 9:15-10:36 6 12 18 22 28 34 40 46 52 58 64 70 76 82 88 94 100 106 112 118 124 130 136 142 148 154 160 166 172 178 184 190 196 202 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 Inhoudsopgave 4
De Israëlieten willen ander eten Numeri 11:4-35 De Israëlieten durven het beloofde land niet in Numeri 13:1-14:38 Mozes luistert niet naar God Numeri 20:2-12 Jozua wordt de nieuwe leider van het volk Deuteronomium 31:1-9; 34:1-12 Twee mannen gaan kijken in Jericho Jozua 2:1-24 De Israëlieten steken de Jordaan over Jozua 3:1-4:24 De Israëlieten trekken om Jericho heen Jozua 5:10-6:27 De Chiwwieten bedenken een list Jozua 9:1-27 De priester verdeelt het land voor Israël Jozua 13:14, 33; 14:1-5; 18:1-19:31; 22:9-34 Kies voor God Jozua 24:1-33 Gideon wil geen koning zijn Rechters 6:1-7:22; 8:22-23 Ruth kiest voor God Ruth 1:1-4:22 Hanna doet een belofte aan God 1 Samuel 1:1-2:11; 2:18-21 God roept Samuel 1 Samuel 2:12-17, 22-36; 3:1-21 De Israëlieten willen een koning 1 Samuel 8:1-10:27 God kiest weer een nieuwe koning 1 Samuel 16:1-17:58 Jonatan en David worden vrienden 1 Samuel 18:1-20:42 David maakt Saul niet dood 1 Samuel 24:2-23; 26:1-25 Informatie voor de voorlezer 208 214 220 226 232 238 244 250 256 262 268 274 280 286 292 298 304 310 316 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 5
1. God maakte de hemel en de aarde Helemaal niets! Heel lang geleden, helemaal in het begin, was er geen licht en was er geen lucht. Er waren geen dieren, geen bomen en geen bloemen. En God dacht: Weet je wat? Ik ga een mooie wereld maken. En dat deed Hij. Luister maar hoe God alles maakte. De eerste dag Het was heel donker op de aarde. Overal was water. God zei: ‘Er moet licht schijnen op het water. ’ En… er was licht. Het licht noemde God ‘dag’ en het donker noemde Hij ‘nacht’. Dat was de eerste dag. Maar God was nog niet klaar. Hij maakte nog veel meer. De tweede dag Op de tweede dag maakte God de hemel boven de aarde. God maakte ook lucht, lucht om te ademen. Dat was het einde van de tweede dag. God had al veel gemaakt: licht en donker, dag en nacht, lucht en water. 6
De derde dag De volgende dag stuurde God al het water naar één kant. Zo maakte God de zee en het droge land. Op het land maakte God allerlei bomen. Grote bomen waar heerlijke vruchten en noten aan groeiden: appels en peren, kersen en pruimen, hazelnoten en amandelen en nog veel meer. De vierde dag Op de vierde dag maakte God lichten voor de aarde. Eerst maakte Hij de zon. Dat is een heel groot, rond licht. Als het dag is, schijnt de zon. Dan maakt die ons lekker warm. En als de zon schijnt, kunnen de planten en de bomen groeien. Wordt het ’s avonds als de zon ondergaat helemaal donker? Nee, gelukkig niet, want dan zou je niets kunnen zien! God maakte een klein licht voor de nacht: de maan. Het licht van de maan is niet zo fel als het licht van de zon. Maar de maan geeft wel een beetje licht, dan kun je ’s nachts toch nog iets zien. God maakte ook een heleboel kleine lichtjes aan de hemel. Die maken de donkere hemel heel mooi. Het zijn er heel veel. Je kunt ze niet tellen. Die kleine lichtjes noemen we ‘sterren’. 7
De vijfde dag Weet je wat God op de vijfde dag maakte? Hij maakte vogels met veren in allerlei kleuren. Hij maakte vogels die heel hoog in de lucht kunnen vliegen, zoals de arend. Maar ook het kleine musje. Sommige vogels kunnen vliegen én zwemmen. Maar er zijn ook vogels die helemaal niet kunnen vliegen. Kijk maar naar de struisvogel! Die kan niet vliegen, maar wel heel snel lopen. En dan is er ook nog de pinguïn. Die kan niet vliegen én niet hard lopen, maar in het water is hij heel erg snel. Op de vijfde dag maakte God ook alle dieren die in het water wonen. Hij maakte vissen in allerlei kleuren, groot en klein: grote walvissen, die onder water geluid kunnen maken, dolfijnen, die heel hoog uit het water kunnen springen, zalmen, die heel ver kunnen zwemmen, inktvissen, die een grote wolk inkt in het water maken en dan snel wegzwemmen, mooie schelpen en andere kleine diertjes in de zee. De zesde dag Op de zesde dag maakte God de dieren op het land. De grote en de kleine dieren: dinosaurussen en dromedarissen, herten en hazen, kangoeroes en koalabeertjes, mammoeten en muizen, paarden, koeien en schapen en nog véél meer dieren. 8
9
God maakte zelfs dieren die in het water én op het land kunnen leven: krokodillen, nijlpaarden en schildpadden. En kleine kikkertjes die heel hard kunnen kwaken. Ook de allerkleinste dieren maakte God: bijen en wormen, mieren en lieveheersbeestjes! Hij maakte zó veel dieren dat je ze niet kunt tellen. Toen God alles had gemaakt, was de wereld klaar. Hij had het licht en de lucht gemaakt, de zee en het land met de bomen en de bloemen. Hij had de zon, de maan en de sterren gemaakt. 10
Bekijk de tekstversie van dit leesfragment.
Is dit leesfragment niet goed zichtbaar of krijgt u een foutmelding te zien? Klik dan hier om het fragment opnieuw te laden. Wil je dit leesfragment later offline lezen? Geen probleem, je kunt hier klikken om het pdf bestand te downloaden.
Edith Mulder-de Vree
Edith Mulder – de Vree is onderwijsadviseur bij het Haags Centrum voor Onderwijsadvies.
Rudy van Moere
Rudy Van Moere is emeritus hoogleraar Oude Testament en Bijbels Hebreeuws van de faculteit voor Protestantse Godgeleerdheid te Brussel, emeritus predikant en bestuurslid van het Nederlands Bijbelgenootschap.
Deprecated: Bestand Thema zonder comments.php is sinds versie 3.0.0 verouderd en er is geen alternatief beschikbaar. Graag een comments.php template aan je thema toevoegen. in /home/boeken1q/affiliate/wp-includes/functions.php on line 5581
Geef een antwoord