Kloosterbijbel (WV)
Willibrordvertaling
De Kloosterbijbel is een complete huisbijbel in de Willibrordvertaling, aangevuld met 11 kleurenkaternen met interessante informatie over het kloosterleven in de breedste zin van het woord. Deskundigen schrijven onder meer over Augustinus, Benedictus, Franciscus en Clara, Vincentius…
Bestellen bij CLC
Beschikbaarheid:
Wilt u dit product bestellen, dan kan dat op clcnederland.com
Details:
9789061731948
2080
Hardcover
€49,00
Beschrijving
De Kloosterbijbel is een complete huisbijbel in de Willibrordvertaling, aangevuld met 11 kleurenkaternen met interessante informatie over het kloosterleven in de breedste zin van het woord. Deskundigen schrijven onder meer over Augustinus, Benedictus, Franciscus en Clara, Vincentius en de daarbij behorende vrouwelijke orde, de Jezuïeten, de Psalmen, Lectio Divina, Ora et labora en de rol van leken, jongeren en gasten. Uiteraard wordt de tekst gecombineerd met mooie (klooster)fotografie.
Categorieën
Eigenschappen
9789061731948
04-11-2019
Nederlands
2080
701
Hardcover
Leesfragment
3 | Woord vooraf | dom bernardus peeters 4 | Spiegel van herkenning en genezing | Augustinus en de heilige Schrift | martijn schrama 17 | Benedictijnse spiritualiteit | Liturgisch leven vanuit de Schrift | thomas quartier en henry vesseur 33 | Heel de wereld is ons klooster | De evangelische inspiratie van Franciscus van Assisi | gerard pieter freeman 41 | Clara van Assisi | Leven naar het model van het evangelie | angela holleboom 49 | De Bijbel als bevrijdende kracht | Stichting en groei van de orde der dominicanen | marcel braekers 65 | Vincent de Paul | Leven en werken vanuit het evangelie | tjeu van knippenberg 81 | Aff ectief bijbellezen | De plaats van de Bijbel in de spiritualiteit van de jezuïeten | jos moons en nikolaas sintobin 97 | De karmelieten | Een voortgaande beweging van omvorming | anne-marie bos 113 | De sociale Bijbel | Betekenis van de negentiende-eeuwse congre- gaties voor de Nederlandse samenleving | patrick chatelion counet 129 | ‘Voor eeuwig, heer, staat uw woord’ | Psalmen in het religieus leven | kees waaijman 145 | Ora et Labora | Voor alles is een tijd | niek hanckmann 153 | Lectio Divina | Het biddende lezen | katharina michiels 161 | De evangelische raden | Een uitdaging voor iedereen | erik galle 167 | Pijlers die de liefde dragen | Cisterciënzer leven buiten de muren | maria van mierlo 174 | Verder lezen na de Kloosterbijbel | leo fijen inhoudinhoudinhoud colofon Kloosterbijbel Willibrordvertaling ISBN 978-90-6173-194-8 NUR 701 / c-NUR 035 Omslagfoto, ontwerp omslag en kleurenkaternen: Peter Beemsterboer Copyright bijbeltekst: zie de colofonpagina van het bijbelgedeelte Rondom het ontstaan van de Kloosterbijbel is samengewerkt door Royal Jongbloed, Adveniat, KNR en Halewijn. © Uitgeverij Royal Jongbloed – Heerenveen Alle rechten voorbehouden www.royaljongbloed.com www.adveniat.nl www.knr.nl www.halewijn.info www.rkbijbel.nl 1. Bernardus-Schrama.indd 2 19-08-19 10:51
| 3 D e boeken van de Bijbel zijn de oerbron van alle christelijke spiritualiteit. In deze Kloosterbijbel zult u dan ook kunnen lezen hoe de woorden die God met zijn adem inspireerde, mannen en vrouwen geïnspireerd heeft om het werk van God in onze wereld handen en voeten te geven. ‘De Bijbel is er om Gods volk toe te rusten om Gods werk in Gods wereld te doen, niet om hun een excuus te geven om zelf- voldaan achterover te leunen, in de wetenschap dat ze al Gods waarheid bezitten.’ (Tom Wright) De grote fi guren uit de kloostertraditie laten zien dat zij en hun volgelingen door het voortdurend horen en overwegen van de woorden uit de Bijbel niet zelfvoldaan achterovergeleund hebben. Zij zijn de levende exegese geworden van deze woorden. Tot op de dag van vandaag zoeken kloosterlingen van allerlei verschillende tradities God in de woorden van de Bijbel. Het gaat de kloosterlingen erom de woorden te begrijpen vanuit de inner- lijke dynamiek van de tekst. Begrijpen niet in de zin van verklaren maar van ‘verstaan’. De tekst moet zélf zijn betekenis prijsgeven aan de lezer. Wil je iets van het kloosterleven begrijpen, neem dan de Bijbel ter hand en lees, herlees, overweeg en ontdek de adem van God in deze woorden die jou zelf kunnen inspireren tot concrete daden van vrede, gerechtigheid en heelheid van de schepping. Ze kunnen je ook gewoon inspireren om te verwijlen bij een God die liefde is en die ons in Jezus nabij wil zijn. Actie en contemplatie vinden hun oorsprong in deze woorden vol leven. De Kloosterbijbel laat zien hoe de Bijbel deel is van Gods ant- woord op de aloude menselijk zoektocht naar een gelukkig leven. Het is de moeite waard die zoektocht voort te zetten, als klooster- ling of niet-kloosterling, met dit middel. Neem en lees! broeder bernardus peeters osco Abt Abdij Koningshoeven Voorzitter Konferentie Nederlandse Religieuzen woord vooraf 1. Bernardus-Schrama.indd 3 19-08-19 10:51
Spiegel van herkenning en genezing Augustinus en de heilige Schrift martijn schrama 1. Bernardus-Schrama.indd 4 19-08-19 10:51
| 5 A ugustinus (354–430) heeft als monnik en priester zijn leven lang de heilige Schrift gelezen en haar woorden overwogen. Steeds staan we verbaasd over zijn schrift- kennis en over de inspiratie die hij bij het lezen van de Schrift mocht ontvangen. In de Belijdenissen , Augustinus’ bekeringsverhaal, valt di- rect op hoe vaak hij woorden als ‘nederigheid’ gebruikt. Het verwijst naar het stevige fundament waarop volgens Augus - tinus het christelijke geloof is gebouwd: de heilige Schrift, de mensheid van Christus en de sacramenten. Die hangen nauw met elkaar samen: elk vraagt om geloof in de menswording van het goddelijk heil. Zo moeilijk het voor onze tijdgenoten kan zijn te aanvaarden dat de mens Jezus door de gelovigen wordt beschouwd als Zoon van God, even moeilijk was het voor de nog niet bekeerde Augustinus te aanvaarden dat de Schepper van hemel en aarde zich op menselijke wijze aan de mensen meedeelt. Die gelovige overgave kan alleen, als de mens beseft dat hij oorsprong noch doel is van zichzelf. Bekeerd tot de Schrift Hoe is het proces van Augustinus’ overgave aan Gods woord verlopen? Als student al besloot hij zijn aandacht op de Schrift te richten. Maar de kennismaking bleek teleurstellend. De Schrift is immers niet zomaar toegankelijk, en voor de veel- eisende hoogmoed is ze niet helder en duidelijk genoeg. Je moet daarom eerst de trotse nek buigen om haar te kunnen binnengaan. Augustinus bekent dat hij het evangelie niet zou geloven als het gezag van de Kerk hem daar niet toe had bewo- gen. Zijn vertrouwen in de Schrift wordt dus bemiddeld door de Kerk als de gemeenschap van gelovigen die zich verlaat op de zeggingskracht van de Schrift. Hij wil duidelijk maken dat 1. Bernardus-Schrama.indd 5 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
6 | er geloof nodig is, alleen al om de ware God te kunnen zóeken. Zonder geloof kun je de waarheid niet vinden. Dat is de kern van zijn gedachten over de samenhang van geloof en verstand, geïnspireerd door de Latijnse vertaling van het vers van de profeet Jesaja (7:9): Als u niet gelooft zult u niet zien. God heeft de Schrift gegeven als hulp aan de hulpeloze en zieke mens. Zo’n mens gelooft misschien nog wel vaag in het bestaan van God, maar het vermogen om met redenering die- per in Gods geheim door te dringen, is sterk verzwakt. Daar - om is het ook een uitdaging voor degenen die zich nog niet van harte in geloof aan de Schrift kunnen overgeven. Omgaan met de Schrift Als het om de Bijbel gaat, acht Augustinus de uitdrukking ‘Gods Woord’ in sommige opzichten rijker dan ‘heilige Schrift’. Want de Schrift is een tekst die moet leven; in ieder geval een tekst die door ons lezen en overwegen, door ons voelen en er - varen opnieuw tot leven kan komen. Toch relativeert Augustinus het belang van de Schrift in zoverre, dat hij ervan overtuigd is dat er ook goede mensen bestaan (ook al zijn het er maar enkelen) die blijkbaar de aan- sporingen en inlichtingen van de Schrift niet nodig hebben. De meesten van ons hebben de Schrift echter hard nodig. Je onderwerpen aan de enorme rijkdom van de Schrift is een eerste uitdrukking van geloven. Het tekent de overtuiging dat je zelf nooit het laatste woord kunt hebben en dat je jezelf in eerste instantie behoort over te leveren, ja, uit te leveren aan wat jou als luisterende te boven gaat. Eenmaal tot die overgave gekomen, kun je achteraf in de woorden van de Schrift een heilzame logica ontdekken. Met het zoeken daarnaar mag je heel je leven vullen. Augustinus vindt het zoeken belangrijk. Het zoeken is dikwijls belangrijker dan het vinden. Velen den- ken het laatste woord gevonden te hebben, maar als ze het eenmaal gevonden hebben doen ze er niets mee en gaat het woord verloren. Als je echter blijft zoeken, ben je altijd verlan- gend bezig en blijft het woord levend. Je slaapt niet in, maar blijft waakzaam en blijft oog houden voor je omgeving, zonder jezelf op te sluiten in goedkope eigenwaan. 1. Bernardus-Schrama.indd 6 19-08-19 10:51 SPIEGEL VAN HERKENNING EN GENEZING
| 7 De Schrift is een spiegel waarin de mens zichzelf kan bezien. Kennis van de Schrift is herkenning en genezing. Deze kennis blijft altijd maar groeien, want de inhoud van de Schrift, hoe- wel in letters beperkt, is in feite een steeds opwellende bron van interpretatie. Niet alleen omdat de Schrift meer sugge- reert dan ze feitelijk zegt, maar vooral omdat de Schrift een goddelijk boek is waarvan God zich niet alleen de auteur, maar ook het onderwerp mag noemen. De Schrift is middelaar tus- sen het oneindige en het eindige. De Schrift moet tegemoetkomen aan de verlangens van velen. Zij moet de geleerden tevreden stellen en de eenvoudi- gen niet afschrikken. De uitdrukking van de liefdesboodschap behoort universeel te zijn. Vooral in de Belijdenissen en in De Doctrina Christiana laat Augustinus zien dat God voorziet dat de tekst niet alleen door de gewijde schrijver wordt voortge- bracht, maar dat ook mensen na hem ermee zullen omgaan. Een veelheid van mensen moeten erover kunnen spreken, en daarom zit het binnen een klein bestek van woorden boorde- vol met stromen van heldere waarheid. Daaruit kan dan ieder de aan zijn vermogens beantwoordende waarheid over deze dingen afleiden. Ieder kan in de Schrift vinden waarmee hij of zij gevoed moet worden. Zich slechts één zin of betekenis toe-eigenen, exclusief, is armoede. God heeft de heilige Schrift zo geschreven dat niemand God kan verwijten dat voor hem de Schrift niet geschreven is. De Doctrina Christiana In Augustinus’ handboek voor bijbelstudie en verkondiging, zoals Frits van der Meer De Doctrina Christiana noemt, geeft de kerkvader aan hoe je zelf in de Schrift waarheid kunt vin- den, en schenkt bovendien aandacht aan de wijze waarop je die aan anderen duidelijk kunt maken. Aan zijn instructies laat Augustinus een aantal fundamentele noties voorafgaan die de plaats van de Schrift moeten verduidelijken. Zo is het van groot belang het onderscheid te erkennen tussen zaken en tekens. Alle tekens in de schepping verwijzen uiteindelijk naar de werkelijkheid bij uitstek die geen teken is van iets anders maar die God zelf is. De mens moet de tekens benutten om tot God 1. Bernardus-Schrama.indd 7 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
8 | Sint Augustinus van Hippo, geschilderd door Philippe de Champaigne, circa 1650, County Museum Los Angeles. 1. Bernardus-Schrama.indd 8 19-08-19 10:51 SPIEGEL VAN HERKENNING EN GENEZING
| 9 te kunnen komen. Hemzelf moet hij erkennen als bron van geluk. Die erkenning vormt het geluk van de mens. Uiteinde- lijk geven de goddelijke gaven van geloof, hoop en liefde de doorslag als het om het naderen van het heil gaat. In het twee- de deel van De Doctrina Christiana toont Augustinus uitvoerig aan hoe de mens in diens zoektocht naar God afhankelijk is van de gaven van de heilige Geest. De wetenschap als geestesgave vormt een belangrijke sport van de ladder. In dat weten is de studie van de heilige Schrift opgenomen. De bijbelstudie dient om uit de Schrift te leren hoe we God moeten beminnen om Hemzelf, en de naaste omwille van Hem. Omdat de Schrift tot liefde wil opwekken en niet tot vrij- blijvende kennis waar geen liefde mee gemoeid is, hoort zij in een bepaalde toestand gelezen te worden: met een zuiver hart, een goed geweten en in ongeveinsd geloof. Dat zuivere hart hoort bij de arme van geest, de nederige. Het goede geweten weet dat het met ieder in vrede wil leven, inzoverre dat van de mens zelf afhangt. Het ongeveinsde geloof staat borg voor een oprecht vertrouwen. In nederigheid de Schrift lezen is het paasfeest vieren. Dit feest van de nederigheid staat tegenover de kermis en hum- bug van de wetenschap der wereld. Daarom mag iemand zich pas op de meer duistere teksten van de Schrift werpen om ze aan anderen te verklaren, wanneer die persoon zachtmoedig en nederig van hart is en zich weet te voegen onder het zoete juk van Christus. Augustinus is zich terdege bewust van het feit dat een tekst alleen verhelderd kan worden wanneer deze in de context wordt gelezen. De context van de Heilige Schrift is de verrezen Heer als het hoofd en het tot voltooiing groeiende lichaam Kerk. Kerk is dan de gemeenschap van gelovigen van wie het hoofd al in de hemel is. Zij is de onontkoombare voorwaarde om uit de Schrift waarheid te kunnen putten. In feite is de Kerk gestruc - tureerde liefde, zonder welke elke kennis kil, ijdel en leeg blijft. Voor de uitleg van de Schrift is ook een encyclopedische bijbelkennis nodig. Augustinus was van plan een bijbels woor - denboek op te stellen om de namen van geografische plaatsen, historische figuren, stenen, planten, dieren en voorwerpen 1. Bernardus-Schrama.indd 9 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
10 | voor de lezer enige inhoud te geven. Pas als je kennis hebt van de concrete inhoud van elk bijbelwoord, kun je naar een die- pere betekenis zoeken of een meer duistere plaats verklaren.In het kader van de schriftverklaring mag ook kennis die de heidense wereld heeft verzameld worden aangesproken, maar alleen inzoverre zij voor het begrijpen van termen of wendingen van belang is. Augustinus onderscheidt in dit ver - band overbodige, noodzakelijke en doelmatige kennis. Zijn denken hierover komt overeen met zijn visie in De Stad van God . Niet alle instellingen van de stad van de mens hoeven ge- meden te worden. Vele zijn ook bruikbaar in de stad van God. Zo kunnen astronomie, natuurwetenschappen, geschiedwe- tenschap, dialectica en retorica bijdragen tot het achterhalen van figuurlijke betekenissen, maar het zoeken naar figuurlijke betekenissen niet mag ontaarden in automatisme. Als vuist - regel geeft Augustinus de raad een tekst pas dan figuurlijk op te vatten, als de letterlijke betekenis niet kan worden terug- gebracht tot de geloofsleer. Richtsnoer blijft dus de traditie van de Kerk. In ieder geval behoor je de interpretatie van de figuurlijk te nemen uitdrukking zo lang te draaien en te keren, totdat haar verklaring past in het rijk van de liefde. Duistere plaatsen moeten altijd door minder duistere tek - sten worden verhelderd, en nooit omgekeerd. Alleen waar de uitlegger geen houvast heeft aan parallel- of andere teksten, is hij aangewezen op een uitsluitend verstandelijke redenering. Daaraan zijn echter wel risico’s verbonden. Het is daarom goed de Schrift eerst helemaal te lezen en jezelf met de inhoud ervan vertrouwd te maken. Een goed geheugen is voor de stu- die van de heilige Schrift onontbeerlijk. De Schrift als geneesmiddel De heilige Schrift geneest ons op twee manieren: ze pakt zowel onze laksheid aan als onze duisternis. Het lezen van de Schrift is als het aansteken van een lamp. Ze legt ons geboden op die dwingen tot terugkeer naar de juiste weg waarvan onze wil is afgeweken. Ze legt ons een duistere leer op om onze hoog- moed en nieuwsgierigheid uit te dagen en om ons te oefenen in nederigheid. 1. Bernardus-Schrama.indd 10 19-08-19 10:51 SPIEGEL VAN HERKENNING EN GENEZING
| 11 Door de geboden te volgen kun je je voorbereiden op het be- grijpen van de Schrift. Zo zul je door gehoorzaamheid kennis van verborgen zaken krijgen. Je kunt hierin geen etappe over- slaan: dus eerst het geloof, dan het begrijpen en ten slotte het zien, de gelukzaligheid bereiken. Ook al heeft Augustinus een voorkeur voor de Schrift als uitgesproken Woord Gods, hij is er zich toch van bewust dat het geschreven karakter van Gods woord niet zonder bedoe- ling kan zijn. In dit verband vergelijkt hij de Schrift met de sterrenhemel: God heeft haar uitgespannen als het firma- ment, boven het hoofd van de mens ontrold als een boekrol. Er is een begin aan de Schrift en een eind. De Schrift is van perkament, dat is dood vel, bewerkt en gevouwen, dat wil zeg- gen verkondigd door stervelingen. De boekrol zal eens worden opgerold. Wanneer de mensheid door Christus en zijn Kerk helemaal gekeerd zal zijn naar God, zal zij net als de engelen het Woord op een directe manier smaken. Preken volgens de Schriften De wijze waarop Augustinus zoekt naar een samenhang tus - sen de verschillende bijbelteksten getuigt van een kritische houding tegenover tegenstrijdigheden in de Schrift. De ma- nier waarop hij echter in de verkondiging met dit soort uit - legkundige problemen omgaat, verschilt nogal van de huidige manier. In de visie van Augustinus stimuleren paradoxen het menselijk verstand en dagen zij de rede uit om te zoeken naar verborgen betekenissen. In onze cultuur is het vanzelfsprekend om de hele Bijbel in één boekband bijeen te hebben, maar de inhoud ervan be- schouwen we als een bibliotheek van verschillende soorten geschriften. Augustinus daarentegen zag de Schriften in theo- logisch opzicht als één geheel, maar kon de Bijbel niet anders bewaren dan in een aantal handgeschreven ‘codices’. Hij had bovendien te maken met meerdere Latijnse vertalingen die sterk van elkaar konden afwijken. Zijn visie op de boeken van de heilige Schrift als een eenheid stelt de kerkvader in staat teksten met elkaar in verband te bren - gen en samenhangen op te zoeken op een wijze die in heden - 1. Bernardus-Schrama.indd 11 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
12 | daagse preken niet gebruikelijk is. Samenhang weet hij te ver- duidelijken door thematische overeenkomsten of inhoudelijke t egenstellingen, maar ook op grond van een gemeenschappelijk trefwoord (concordant) of beeldend detail. Zo’n verschil in be - nadering kan het lezen en begrijpen van zijn uitleg bemoeilijken. De augustijnse beweging Augustinus heeft in de juridische zin van het woord nooit een religieuze orde gesticht. Wel schreef hij voor de gemeenschap van het klooster dat hij in de tuin van het bisschopshuis te Hippo mocht bouwen een Regel (397). Later vond deze tekst zijn weg naar Gallië, Spanje en Italië, maar onder invloed van kerkelijke hervormingsbewegingen begon de Regel pas in de elfde eeuw populair te worden, toen men de geestelijken die verbonden waren aan domkerken en belangrijke stadskerken, om hun geestelijk leven te stimuleren een beperkt aantal mo- nastieke structuren oplegde. Augustinus’ Regel was daartoe heel geschikt. Geestelijken die onder een regel of canon leef - den werden canonici of kanunniken genoemd. De nog toenemende populariteit van Augustinus’ Regel in de twaalfde en dertiende eeuw is alleen te verklaren vanuit het opkomend verlangen te leven zoals de apostelen hadden ge- leefd. Hun leven diende als norm voor een waarachtig christelijk bestaan. De vita apostolica werd nagevolgd door gelovigen die de evangelische boodschap van liefde vorm trachtten te geven, zowel in hun dagelijks bestaan als door de verkondiging van het woord Gods. Talloze kapittels en abdijen namen Augustinus’ Regel aan. Binnen een eeuw bestonden er in het Westen meer kloosters onder de Regel van Augustinus dan onder die van Be- nedictus. Het nieuwe religieuze elan deed het onderscheid tus - sen monnik, eremiet, reguliere kanunnik, clericus en prediker vervagen. Allen die het apostolische leven navolgden, wilden leven en werken in de maatschappij of aan de rand ervan, om daardoor een verzoenende invloed te kunnen uitoefenen op een wereld waar hebzucht en wraakzucht hoogtij vierden. In het kader van de kerkhervorming waren weer andere geestelijken het leven van eremiet gaan leiden. Zij wilden zich alleen, of met een kleine gemeenschap, terugtrekken uit het 1. Bernardus-Schrama.indd 12 19-08-19 10:51 SPIEGEL VAN HERKENNING EN GENEZING
| 13 gewoel van de menigte en het rumoer van de stad. Zo vertrok Bruno van Keulen (†1101) naar de Grande Chartreuse om er een gemeenschap van eremieten te stichten. Daaruit is de orde der kartuizers ontstaan. Norbertus van Xanten (†1134) werd genoodzaakt zijn volgelingen van predikers en eremieten in te kaderen in een juridisch gestructureerde, religieuze orde onder de Regel van Augustinus. De eerste norbertijnen werden be- schouwd als kanunniken die ver weg van de mensen woonden. De pas ontstane religieuze gemeenschappen maakten geen ge- bruik van bestaande kloosterstructuren, maar schiepen nieu- we. Tegen het eind van de twaalfde eeuw ontstonden ook in de steden armoedebewegingen van kerkhervormende aard. Orde van de augustijnen Het vierde concilie van Lateranen (1215) riep echter het stich- ten van nieuwe religieuze bewegingen met eigen structuren een halt toe. Van toen af moesten deze zich scharen onder een al bestaande Regel. Toch stelde Franciscus van Assisi een nieuwe Regel op die hij in 1215 aan de paus voorlegde. Deze hechtte er zijn goedkeuring aan. Dat was het begin van de fran- ciscaanse beweging. Dominicus aanvaardde voor de door hem gestichte orde der predikheren echter de Regel van Augustinus.Tussen beide orden nam een halve eeuw later de orde van de augustijnen een eigen plaats in. Een aantal eremietenge- meenschappen in Toscane werden in 1244 op last van de paus verenigd tot één kloosterorde onder de Regel van Augustinus. Zij moesten voortaan het koorgebed houden volgens de ge- bruiken van de pauselijke curie. De paus gaf hun de opdracht te preken en biecht te horen in de stedelijke samenleving. De apostelnamen van hun stadskloosters, zoals San Marco (Mi- laan) en San Giacomo (Bologna), duidden op de vita apostolica die zij wilden navolgen. Al vóór 1256 had de orde nederzettin- gen in Spanje, Engeland, Frankrijk, Duitsland en ook in de Ne- derlanden. Tijdens een tweede verenigingskapittel, de Magna Unio (Rome 1256), sloten nog andere gemeenschappen zich bij deze orde aan. Door hen te verenigen wilde de paus voor - komen dat de verschillende eremietengroeperingen in de Kerk door gebrek aan coherentie en bekwame leiding verstrooid zouden raken. Hij wenste een ‘sterk leger te vormen waarin 1. Bernardus-Schrama.indd 13 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
14 | geen innerlijke verdeeldheid zou ontstaan’. Dat was na de dood van Franciscus in 1226 bij de minderbroeders immers wel gebeurd. Er ontwikkelden zich bij hen drie richtingen. Te- gen 1250 werden de tegenstellingen zo scherp dat ten tijde van de Magna Unio de orde der minderbroeders te kampen had met ernstige verschillen in visie en beleving.Het is ondoenlijk de verspreiding van Augustinus’ Regel vanaf de middeleeuwen tot de 21ste eeuw exact te beschrij- ven, omdat de Regel van Augustinus door enkele honderdtal- len orden en congregaties werd of wordt gevolgd. Een greep uit de vele Regelvolgers: reguliere kanunniken, norbertijnen, kruisheren, geestelijke ridderorden, trinitariërs, mercedari- ers, servieten, dominicanen, augustijnen eremieten, alexi- anen, broeders van Johannes de Deo, assumptionisten – en talrijke vrouwelijke tegenhangers. Augustinus in de Nederlanden Augustinus’ bijbeluitleg, verrijkt door zijn psychologische in- zicht en pastorale wijsheid, blijkt verrassend eigentijds. Ook in de Nederlanden bestond al vele eeuwen een grote belang- stelling voor het werk van de kerkvader. In de vijftiende eeuw kozen de broeders en zusters van het Gemene Leven de Regel van Augustinus als richtsnoer voor hun gemeenschappelijke leven. Uit hun kring kwam de Leuvense priorij Sint Maartens - dal voort; hier werden de eerste voorbereidingen getroffen voor een tekstkritische uitgave van Augustinus’ werken. Augustinus’ grote aandacht voor de Bijbel werd door zijn Regelvolgers overgenomen. In de orde der augustijnen ont - vangt iedere novice bij zijn intrede een bijbel waarin hij, vol- gens de bepalingen van de orde, ‘gretig’ moet lezen. Maarten Luther (†1546), ex-augustijn en professor in de exegese, ver - taalde de hele Bijbel in het Duits. Vanuit de Latijnse Vulgaat en met behulp van Luthers Duitse vertaling verrichtte ook zijn Engelse medebroeder Miles Coverdale (†1568) eenzelfde reuzenarbeid voor het Engelse taalgebied. De Spaanse augus - tijn Luis de León (†1591) werd vanwege zijn vertaling van het Hooglied uit het Hebreeuws in het Catalaans door de inquisi- tie in hechtenis genomen. 1. Bernardus-Schrama.indd 14 19-08-19 10:51 SPIEGEL VAN HERKENNING EN GENEZING
| 15 Tot in de jaren 1980 was slechts een beperkt deel van Augusti- nus’ geschriften in het Nederlands vertaald. Om in ons taalge- bied de op de Bijbel gebaseerde spiritualiteit van de kerkvader meer bekendheid te geven besloten de Nederlandse augustij- nen, trouw aan hun ordetraditie, in 1989 tot oprichting van het Augustijns Instituut. Wereldwijd beheert de Augustijnen- orde een tiental van dergelijke studiecentra. Het Augustijns In- stituut in Utrecht is er een van. Doel is de belangstelling voor en de bestudering van Augustinus’ bijbeluitleg en spiritualiteit in het Nederlands taalgebied te stimuleren door zijn werk te vertalen, door afzonderlijke studies en studie- en bezinnings- bijeenkomsten. Geen enkele auteur uit de oudheid heeft zo’n groot aantal geschriften nagelaten als Augustinus. Zijn oeuvre telt maar liefst 131 titels, waaronder de wereldberoemde lite- raire monumenten Belijdenissen en De stad van God. Bijna veertig jaar heeft Augustinus de geloofsgemeenschap als predikant gediend. Van heinde en ver kwamen mensen naar Hippo om naar de bijbeluitleg van de befaamde bisschop te luisteren. Die preken werden door snelschrijvers vastge- legd. Van de duizenden preken die hij moet hebben gehouden, zijn er ongeveer zeshonderd overgeleverd. Binnen het Augustijns Instituut wordt vooral gewerkt aan de vertaling van Augustinus’ preken voor het volk (sermones pro populo), zijn verhandelingen over het Johannesevangelie (tractatus in Joannis Evangelium) en zijn uitweidingen over de Psalmen (enarrationes in Psalmos ). Het zijn teksten waar- in de geloofsoverdracht een belangrijke plaats inneemt. De kerkvader laat er zijn creatieve omgang met de Bijbel zien. Het Augustijns Instituut heeft nu nagenoeg de hele verzame- ling Preken vertaald en gepubliceerd. Ook de vertaling van de verhandelingen over het Johannesevangelie is bijna voltooid ( www.augustinus.nl ). martijn schrama osa , augustijn, heeft in Tilburg en Amsterdam Geschiedenis van theologie en spiritualiteit gedoceerd en vanaf 1992 in Utrecht Patristiek. Hij is aan het Augustijns Instituut te Utrecht verbonden sinds de oprichting in 1989. 1. Bernardus-Schrama.indd 15 19-08-19 10:51 MARTIJN SCHRAMA
… alles wat je niet voor één van deze minsten hebt gedaan, heb je ook niet voor Mij gedaan. matteüs 25:45 1. Bernardus-Schrama.indd 16 19-08-19 10:51
Bekijk de tekstversie van dit leesfragment.
Is dit leesfragment niet goed zichtbaar of krijgt u een foutmelding te zien? Klik dan hier om het fragment opnieuw te laden. Wil je dit leesfragment later offline lezen? Geen probleem, je kunt hier klikken om het pdf bestand te downloaden.
Deprecated: Bestand Thema zonder comments.php is sinds versie 3.0.0 verouderd en er is geen alternatief beschikbaar. Graag een comments.php template aan je thema toevoegen. in /home/boeken1q/affiliate/wp-includes/functions.php on line 5581
Geef een antwoord